[Sorry, dit is een oud artikel. Ik kan in wordpress niet meer uitzetten dat je ook een email krijgt bij een oud artikel dat ik opnieuw publiceer met een datum in het verleden. Voorheen kon dat wel; niet elke verandering is een verbetering.]
Flauwe vraag? Niet als je weet dat er ook duinen liggen midden in Nederland. Op het AHN zie je die duinen fantastisch liggen. Op de volgende uitsnede zijn al die wormen en rupsen en bobbeltjes stuifduinen. De ondergrond is de sandr van Schaarsbergen met het Renkums Beekdal. De A12 snijdt er doorheen. Rechts zien we het ecoduct bij Wolfheze.

Hoe is dat in het veld? Iets minder indrukwekkend helaas, maar toch….. goed zichtbaar. Op een foto (op de mijne althans) verdwijnen hoogteverschillen. De volgende drie foto’s zijn van het Wekeromse Zand. Ik maakte de foto’s niet voor niets: het is daar prachtig met schitterende duinen.



Op duinen groeit meestal naaldbos. Dat is aangeplant in de 19de eeuw ten behoeve van de mijnbouw, en om tegelijkertijd ook de oprukkende zandverstuivingen te stoppen. Win-win noemen we dat nu.

Je voelt de duinen nog het best als je loopt of fietst: zand zand zand en bovendien vaak indrukwekkend bobbelig steile bulten.
Op de volgende AHN-uitsnede heet het hoogste donkerbruine paraboolvormige kamduin even ten westen van het ecoduct over de A12 de Paalberg . Daarnaast een foto van de Paalberg:


De foto is ongeveer de top, de noordelijke donkerbruine rand buigt achter mij naar het zuiden af. Op het AHN dus echt indrukwekkend, in het veld loop je er zo voor bij.
Niet altijd groeit er naaldbos op duinen: eeuwenlang hebben boeren eiken geplant op de zandgronden om de zandverstuivingen tegen te gaan, en hier en daar zijn die duinen een tiental meters uitgegroeid met – ik verzin het niet – meegroeiende eiken, net als helmgras aan zee. Dan groeien er knoestige eiken en armetierige berken. Prachtig vind ik dat.
De volgende foto’s zijn van de Westerberg bij Nieuw Reemst. Op het AHN zien we goed hoe boeren hebben geprobeerd het zand tegen te houden dat de akker bedreigde.




Al deze foto’s zijn van stuifduinen die zijn ontstaan als gevolg van de zandverstuivingen de afgelopen eeuwen. Er bestaan ook andere typen duinen: rivierduinen en zeeduinen. Het woord zandduin is onzinnig: elk duin is zand. We onderscheiden dus zeeduin, rivierduin en stuifduin.
- Zeeduin: aan zee dus, maar de zee kan best ver weg zijn. Het zand is afkomstig uit zee.
- Rivierduin: langs een rivier. Het zand is afkomstig van de rivierbedding. In een droge tijd blaast wind dit zand omhoog en een eindje verder daalt het weer neer.
- Stuifduin: midden in het land, met name op de Veluwe. Vroeger dacht men dat het zand uit de drooggevallen Noordzee afkomstig is, maar daar is men van teruggekomen. Het zand is afkomstig van dekzand uit de buurt. Wind stuift het op en legt het een eindje verder weer neer.
Zeeduinen kennen we allemaal wel. Stuifduinen vormen stuifeieren bestaande uit ovale gebieden met een vaste volgorde: uitgestoven laagtes – speelzandgebied met bobbelige duinen – kamduinen, zie de eerste AHN-uitsnede bovenaan. Rivierduinen vormen een langgerekt zandgebied met kamduinen zonder uitgestoven laagtes. De uitgestoven laagte is de rivierbedding immers. Als er wel uitgestoven laagtes liggen (zoals bij de Hatertse Vennen), dan is eigenlijk het rivierduinlandschap overgegaan in een stuifduinlandschap. Hier een AHN-uitsnede van rivierduinen langs de oude IJssel tussen Ulft en Doetinchem. In het midden van links naar rechts de A18. De hoogste kammen zijn ongeveer 10 meter hoog. De duinen zijn ontstaan in de laatste ijstijd en vormen nu de kernen van de woonplaatsen Silvolde, Terborg en Gaanderen.

Vegetatie
Zand en naaldbossen met berken er tussen, dat is wel het kenmerkende van duinen. Maar oude duinen zoals de Paalberg zijn al wel met loofbos begroeid. Berken zijn echte pioniers – het zijn de eerste bomen die een plekje in bezit nemen en zodra andere bomen het overnemen, verdwijnen de berken weer. Naaldbossen zijn aangeplant en groeien best wel op zand waar bijna geen voeding in zit. Na verloop van tientallen jaren wordt de bodem beter en kunnen ook eiken aanslaan. Op veel duinen groeit eikenhakhout. En helemaal aan het eind komt de beuk en neemt de boel over.
Rivierduinen zijn het oudst: uit een late koude periode van de laatste ijstijd toen rivieren droog stonden. Maar ook een deel van de stuifduinen zijn in die periode ontstaan, met name de kilometers lange streepduinen op de Veluwe.
Stuwwal of duin?
Stuwwallen en duinen zijn niet moeilijk uit elkaar te houden. Het enige is dat duinen ook bovenop stuwwallen kunnen liggen.
stuwwal
- glooiende brede heuvels zonder duidelijke top.
- stevig pad met grind, klei en zand.
- loofbossen, beuken.
duinen
- bobbelig, steile hellingen, kleine kopjes met bovenop een groep eiken die het zand bij elkaar houden.
- mul zanderig pad. geen grind.
- naaldbossen.
Weer wat geleerd.
Ik herinner mij dat zand zwaar is en naast de rivier wordt afgezet bij overstromingen.
Het wegwaaien uit een droog gevallen rivierbedding is nieuw voor mij.
Maar daarom lees ik ook zo graag bij jou!
Vriendelijke groet,
Dank je wel voor dit compliment.