Weer een prachtige kaart van de Gelderse Vallei. Deze is van Justus van Broekhuijsen.

De kaart is gemaakt rond 1701 op papier en meet 55 * 126 cm. Het noorden is links. Rechts de Rijn, links de Zuiderzee, daartussen de Gelderse Vallei. De kronkelige gele lijn door de Vallei is de grens tussen Utrecht en Gelderland. In de Vallei liggen twee steden: Amersfoort en Wageningen. De groene banen zijn beken en weteringen. Zoals op alle kaarten van de Vallei valt vooral het slotenpatroon bij Veenendaal op; altijd een handig herkenningspunt. Ik denk dat als ik zou moeten scrollen door thumbnails van miljoenen kaarten van de hele wereld, ik bij kaart 100.000 of zo het patroon direct zou herkennen ‘ha, Veenendaal’.
De kaart is gemaakt in verband met de aanleg van de Grebbelinie, zie de dikke paarse lijnen. (Justus heeft deze kaart later hergebruikt zonder paarse lijnen ivm het afwateringsprobleem in het Binnenveld). Het idee van de Grebbelinie was om de Gelderse Vallei onder water te zetten ter bescherming van Utrecht, Amsterdam en andere belangrijke centra. Dat klinkt logisch en eenvoudig voor politici en legeraanvoerders die zo’n plan verzinnen maar minder voor waterkundigen die het moeten uitvoeren.
Dat wordt snel duidelijk als je het lengteprofiel van het huidige Valleikanaal door de Gelderse Vallei erbij pakt.

Om de getallen te kunnen lezen, kun je de link onder de afbeelding volgen, maar het beeld is zo ook wel duidelijk: zo vlak is de Gelderse Vallei helemaal niet. Links de hoogvlakte van het Binnenveld, dan de helling tot aan Amersfoort en onder Amersfoort het poldergebied met zijn pieken en dalen. Voor wie hier meer van wil weten tip ik mijn boek over het Binnenveld.
In mijn boek ‘Water in het Binnenveld’ beschrijf ik de geschiedenis van het waterbeheer in het Binnenveld, het gebied tussen Veenendaal, Ede, Rhenen en Wageningen. Bekijk dit boek bij bol.com.
Rechts de Rijn, links de Zuiderzee. Daar moet ik even aan wennen. Hoe zit dat? De andere kaart van de Gelderse Vallei is gemaakt door Nicolaes van Geelkercken, en die was in Gelderse dienst. Hij kijkt vanuit Arnhem: de Rijn links, de Zuiderzee rechts. Justus van Broeckhuijsen was in Utrechtse dienst. Andere blik, andere kaart.
Het hoogteverschil tussen de Rijn en de Zuiderzee is maar liefst 5 meter. Dus er staat, nadat de hele Vallei langs de Grebbelinie onder water is gezet vanuit de Rijn, bij Spakenburg 5 meter water en bij de Grebbbedijk een centimeter. Heel onhandig voor een verdedigingslinie. Een doorbraak van de Grebbedijk is dus niet zozeer voor het Binnenveld een probleem, maar voor Amersfoort en Spakenburg.
De Vallei moest dus worden opgedeeld in panden die ongeveer horizontaal liggen en apart van elkaar onder water gezet zouden worden. Die panden heeft Justus aangegeven op de kaart met dikke paarse lijnen, kaijdijken.
Echt een succes is de Grebbelinie nooit geworden, en dat begrijp ik best.
Over de Grebbelinie is veel geschreven (dus dat ga ik niet doen), onder andere deze cultuurhistorische gids: aanrader. Er bestaat ook een fietsroute en een wandelroute, het Grebbeliniepad.
In elk geval: het is een prachtige kaart. Als je de link onder de kaart volgt, kun je inzoomen tot de kleinste details zichtbaar worden. Geniet ervan.
Ik lees met veel plezier “Water in het Binnenbeld”, door onze buurman Van de Hoek geleend. Ik heb geschreven over dit gebied (en nog steeds bezig)in het eerste millennium. Uw verhaal gaat mis omdat u niet heeft gemerkt van de tsunami van 14 oktober 1134. Zie mijn verhaal https://www.nieuwevisies.nl/media/attachments/2021/03/14/watervloeden-corr.pdf. Onder andere dit verklaart waarom de levee / oeverwal van de Nude niet tot de Wageningse Berg doorloopt en ook de vreemde afwatering via de Dijkgraaf naast de afwatering via de Kromme Eem. Lang heb ik niet begrepen waarom de Vita Meinwerci stelt dat de Kromme Eem ontspringt in de Heimeberg. De Eem en had zijn monding in de Rijn te Ambtse in de Oudewaard, waarvan oude vormen van de naam zijn bijv. Amuthon (777/866 u49, ca 900 u91). Ook voor de Z. Vallei was de ijzerindustrie het hoofd bestaansmiddel tot de 11e eeuw. Boerderij De Harn in de Kraats dankt zijn naam aan ijzergieterij, zoals ook Ede en Bennekom zelf. Ik mis tot zover een vermelding artesian water ((?kwelwater). Bruxvoort wordt vaak ‘Buxvoort’ geschreven. De naam is van ‘broek’ en voord (oversteek) afgeleid. Daar zijn resten uit de Karolingische tijd gevonden. De haven van Bennekom was Harselo vanaf de tijd van de Romeinse bevelhebber Drusus. De haven van Manen en zijn Keltisch buur Dol/Tuil komt in het verhaal van Bonifatius voor als Dockinga, nu De Kade, die werd bereikt langs de Wolfsdijk (wolf = ruw ijzer). Daar zit ook een Keltische naam van de Maanderbeek: Bordne Vita Bonifatii Willebaldo ยง8. Ook in de Vita Meinwerci wordt de beek herhaaldelijk genoemd. Er is een melding van ontgonnen land op de Nude in de 11e eeuw, toen bezit van Hoog Elten en onder Renkum beheerd, N.B. de Nude samen met Brakel.
beste Christopher, dank voor deze reactie. U brengt heel wat interessante dingen in. Ik ga dit goed bestuderen en kom snel bij u terug.
Eens: het lijkt zo’n logische route uit militair oogpunt, maar waterkundig is het super ingewikkeld. Een Chinese muur over de top van de Utrechtse Heuvelrug was misschien simpeler geweest.
Al dit werk aan verdedigingslinies kwam voort om iets meer te behouden in geval van een vijandige inval dan slechts het Hart van Holland. Bij de oude Hollandse Waterlinie kwam de vijand helemaal in Naarden dat net te hoog lag om mee beschermd te worden. Dat is akelig dichtbij Amsterdam. Vandaar het verlangen om een nieuwe linie verder naar het Oosten aan te leggen. De IJssel was weinig geschikt want in de zomer stond er niet voldoende water. Dus ging men op zoek naar iets er tussen in. Deze verdedigingslinies waren heel kostbaar. Maar werden als noodzaak gezien door de militairen.