Op deze kaart staan de Essenveltswaard of Driehoek en de Maneswaard, twee uiterwaarden van Wageningen. Opvallend dat Isaac de Driehoek de Koningsweert noemt.
Vandaag kijk ik alleen naar de Maneswaard.

Het noorden is onder. De kaart is gemaakt in 1668 door Isaac van Geelkercken, zoon van Nicolaes. De kaart is 60 * 142 cm op papier.
Van beide waarden heb ik eerder een kaart besproken. De oudste is van de Maneswaard. De kaart is uit 1568, dus 100 jaar ouder dan die van Isaac van Geelkercken.
Meer over deze kaart.

Dit is een kaart van Bernard Kempinck uit 1614 van de Driehoek of Essenveldswaard, of zoals Isaac zegt de Koningswaard. Meer over deze kaart.

Terug naar de kaart uit 1668.
De Manenscheweert wordt begrensd door de oude Rijnloop die Isaac den Hank noemt en nu de tochtsloot heet. Een hank is een dode rivierarm. Het begin van de hank in het oosten (waar het water erin komt) is niet duidelijk want de Hank wordt gevoed met kwelwater van de Rijn. Op verschillende plekken ontstaan stroompjes en uiteindelijk stroomt het water samen bij de uijtvaert naar de Rijn. Ook het Wageningse Gat is een hank die wordt gevoed door kwelwater met alleen een benedenstroomse uijtvaert. De inlaat maakte men dicht om dichtslibben te stimuleren.
De Maneswaard is in 1668 een polder, wat op de kaart van 1568 nog niet is te zien. Isaac tekent een stelsel van sloten en twee sluizen: een binnensluis en een buitensluis. Bij de buitensluis stroomt het water zomers de polder uit naar de Hank en ‘s winters wordt hij dichtgezet zodat de polder niet overstroomt. De buitensluis staat tot 1983 nog op de topokaart, maar nu niet meer. De sluis ligt er nog wel.



Het slotenpatroon is tot aan 1980 precies hetzelfde gebleven: het lange stuk, de aftakking vanaf de dijk bij Opheusden, het hoekje bij de binnensluis hebben meer dan 300 jaar zo gelegen.
Door de Maneswaard loopt een rondweg die Isaac Kaijdijck noemt: een kadedijk, oftewel een dijk in een uiterwaard buiten de bankdijk gelegen. Bij een opvallende kronkel zal de dijk een keer zijn doorgebroken. Na een doorbraak kun je een dijk nooit op dezelfde plek leggen daarvoor is het uitgekolkte gat te diep. Vandaar dat oude dijken zo leuk kronkelen: helaas, elke kronkel is een herinnering aan ellende. En ja hoor, het kleine wiel ligt er nog.
Isaac deelt de waard op in percelen (de kaart draait om het heffen van belasting). Drie daarvan vallen op: allereerst natuurlijk de grote stenen boerderij met typische voorgevel met een Bongardt ernaast: de enige boerderij in het gebied, die bovendien ook al op de kaart uit 1568 staat: is dit de pionier van de fruitteelt in de Betuwe? Op die plek ligt nu de steenfabriek Maneswaard met een paar huizen ernaast. Een tweede opvallend perceel zijn de rijswaarden langs de Rijn, waarschijnlijk ooibos en broekbos, met diverse watertjes en kolken en daarnaast de lange strook Vrou van Bemmels Weertie. Vrou Bemmels heeft ook een perceel bij de buitensluis: het lijken me niet de beste percelen, maar ze heeft grond ook al is het buitendijks. Tenslotte het niet ingekleurde perceel van Mijnheer Ommeren die zo te zien geen belasting betaalde in Wageningen, immers niet vermeld wordt in de lijst van weerden onderaan de kaart. Ommeren ligt ten westen van Lienden.
Aan de andere kant van het Wageningse Gat tekent Isaac den ouden Steenhoven. Tot ca 1930 heeft daar een steenoven gestaan (gebouwd op de harde bult van de voorloper?) en nu ligt daar de kantine van Vada. Deze uiterwaard noemt Isaac de Turcksweert en dat heeft niet met Turken te maken maar met Torck; later werd dit de Benedenpolder en nu is het een naamloos deel van de Plasserwaard buiten de zomerdijk, maar dat is een ander verhaal. Verder tekent Isaac geen details aan de noordkant van de Rijn. Hij noemt het lege land eenvoudigweg De Veluwe.
Isaac tekent kribben die Witteroos in 1568 niet tekent maar Kempinkck in 1614 wel. De kribben buigen met de stroom mee; het belangrijkste doel van die kribben was het stimuleren van zandbanken die zo snel mogelijk volgepoot werden met wilgen. Nu maken we de kribben met beton en basalt, maar toen waren het houten hekken met rijshout, wat je leuk kunt zien als je inzoomt op de kaart (daarvoor moet je de link volgen en dan kun je tot in de details inzoomen). Isaac tekent benedenstrooms van enkele kribben een behoorlijk uitgesleten gat. Tussen de kribben tekent Isaac strandjes, en die liggen er nu ook. Aan de zuidkant tekent hij langs de oever een Rijsweert, watertjes, steilranden en uitgesleten bochten: hier doet men duidelijk zijn best de Rijn in toom te houden. De krib naast de boerderij in de Maneswaard heeft zelfs een naam: t groote hooft. Deze betekenis van ‘Hoofd’ zie je terug in havenhoofd. Voor de echte leek schrijft Isaac links op de kaart in de Rijn boven, en rechts schrijft hij onder. De Rijn stroomt van links naar rechts dus. Maar dat kun je ook aan de richting van de kribben aflezen.
Buiten de Hank ligt de Betuwe. In het oosten grenst die aan de Wolffsweert die dus ook voordat de Rijn doorbrak aan de zuidkant van de Rijn lag. In het westen ligt Heus, de Rhijndijk en de Juffer Valckenborchsweert. Den Rhijndijck bij Opheusden is sinds het verleggen van de stroom van de Rijn een winterdijk, alleen van belang als de Maneswaard onder water staat. De hank tekent Isaac veel smaller dan Witteroos in 1568 en bij Opheusden wordt buitendijks de grond al gebruikt. De dijk tekent Isaac goed onderhouden, het lijkt wel een palendijk. Dat is bijzonder hoor, die ken ik alleen van het Zuiderzeegebied (en dus zal het wel niet).
Meer weten over de geschiedenis van de Rijn? . Lees meer over mijn onderzoek: Zandbanken in de Rijn en doe mee. Ik onderzoek in 24 afleveringen de 24 bochten van de Rijn tussen Arnhem en Everdingen. Lees over meanderen, anastomoseren en vlechten. Over zandbanken, rijswaarden, grienden en uiterwaarden. Over bandijken, schaardijken en kaaidijken. Over veldbezoeken van de Gelderse Rekenkamer in de 17de eeuw die zoveel mogelijk zandbanken in gebruik wilde nemen en landmeter Bernard Kempinck die kaarten aanleverde. Over het Gelders waterrecht en het leggen van kribben. Met vele kaarten, foto’s en tekeningen.
2020: De Maneswaard nu
Hoe zit dit gebied er nu uit? Hmm, onherkenbaar. De Maneswaard is vooral water. De boerderij is uitgegroeid tot een steenfabriek, nog altijd op dezelfde plek, en de waard is deels uitgegraven. Ik heb de gemeentegrens van Wageningen in blauw aangegeven: een tiental Wageningers wonen ten zuiden van de Rijn. De veldnamen Wolfswaard en Maneswaard bestaan nog. Het kleine wiel ten westen net buiten de Maneswaard ligt er nog. De sluis is weg.

Tja, we zeggen vol trots dat wij (hmm) ons eigen land hebben gemaakt, maar langs de rivieren vreten we het vooral zelf op.