De Luntersebeek is bij de aanleg van het Valleikanaal gehalveerd in lengte. Niet door hem recht te trekken en bochten eruit te halen maar door de benedenloop te kapen. Het kanaal is voor een deel in de bedding van de beek gelegd – waarbij inderdaad bochten zijn verwijderd – en de benedenloop is opgegaan in de Heiligenbergerbeek.
Ik heb de Taalunie om advies gevraagd of het nou Lunterse beek is of Luntersebeek. Hun advies is: Luntersebeek. Lunterse beek zou betekenen dat de beek van Lunteren is. Luntersebeek is een naam. Het waterschap doet het helaas anders.
De oudste kaart waar de Luntersebeek goed op staat is van Nicolaes van Geelkercken uit 1628-1651. Hier schrijf ik meer over die kaart.

De beek tekent Nicolaes in het kwadrant rechtsonder. NB: links is het noorden rechts, maar hoe meer je naar rechts gaat, des te meer draait het noorden naar onder. De beek stroomt van de onderrand richting Scherpenzeel en vandaar met een grote bocht naar Amersfoort dat in de uiterste hoek rechtsonder ligt.
De beek stroomt daarbij eerst door ongekleurd gebied en daarna bij Scherpenzeel langs de rand van groen gebied. Dat is land met wateroverlast – dat was voor Nicolaes de reden om deze kaart te maken. We bekijken de beek van boven naar beneden (waterkundig): eerst, onderaan de kaart, staat de schaalverdeling door de beek. Vandaar stroomt de beek door ongekleurd (droog) gebied van Doesburgh ende Luntteren, vandaar langs groen nat gebied bij Rhijnswoude naar Scherppenseel. Bij Scherpenzeel zien we twee bruggen: eentje in het voetpat naar de Eijminckhuijserbergh, en eentje in de weg langs Cruijswegh schans, die vervolgens via de Maernse Gemeent de kaart afloopt (naar Utrecht?). De Luntersebeek stroomt vandaar verder, hij noemt ook nog de Leusderbrugh, en dan komt een bijzonder punt: de beek kruist de Gilberts Grijfft. Dat is de Schoonebeekse Grift. De beek stroomt westelijk van deze grift verder. Bij de Broeckdijck is een brug in de weg naar een kasteel Ravenswaij en Ouwevaarshorst, stroomt langs een windmolen (de molen van Bavoort), vervolgens weer een brug bij Ruthenburgh, daarna ligt de boerderij Lokhorst aan de beek. Bij de Heijligenberg komen tenslotte Gilberts Grijfft en de Luntersebeek samen en vandaar gaan ze via de Kettenblijck naar Amersfoort.
Ik begrijp dat dit een vrij onleesbare alinea is, maar mocht je de kaart opzoeken in het Gelders Archief – wat ik zeker aanraad – en inzoomen, dan weet je nu in elk geval wat er staat. Nicolaes gebruikte immers het Oudnederlands schrift, en sommige letters wijken sterk af van onze schrijfwijze.
Kijkend door waterogen vallen me een paar dingen op: (van boven naar beneden) beken bij Scherpenzeel die naar Gilberts Grift lopen of juist andersom en natuurlijk de waterkruising tussen Gilberts Grift en de Luntersebeek.



Om te bepalen of de beken nou van de grift naar de beek of van de beek naar de grift lopen, ga ik even puzzelen. Logisch is dat de natuurlijke beek op het diepste punt van het dal ligt, zijtakken zullen er niet vandaan lopen. De grift ligt hoger, kan ik dat onderbouwen met de kaart? Jazeker, bij Ringelpoel tekent Nicolaes drie waterlopen en bij twee schrijft hij ‘loopt desen wegh af’. De grift is lek, het water loopt eruit richting Scherpenzeel.
Wat schrijft Van der Aa in zijn Aardrijkskundig woordenboek in 1846 over de Luntersebeek? Dit:

Hmm, hij laat de beek bij Wekerom beginnen en uitmonden in de Barneveldsebeek. Wat nu? Dat moet slaan op de Meuluntersebeek, die tegenwoordig overigens uitmondt in de Luntersebeek. Hij heeft het in elk geval niet over de Luntersebeek en ik laat dit verder zitten.
In mijn boek ‘Water in het Binnenveld’ beschrijf ik de geschiedenis van het waterbeheer in het Binnenveld, het gebied tussen Veenendaal, Ede, Rhenen en Wageningen. Bekijk dit boek bij bol.com.
Ik ga naar topotijdreis 1900. In 1900 ligt het Valleikanaal er nog niet, en de Luntersebeek ligt er nog net zo als in 1651. Wel ligt de Grebbelinie klaar, dus ten westen langs de beek ligt tussen Lambalgen en Bruineburg een dijk. Om dit stuk niet te lang te maken, kijk ik alleen naar mijn waterpunten. Hoewel ik het niet kan laten om alle veldnamen en boerderijen op te zoeken en de meeste vind ik moeiteloos. Ik vermoed dat de Cruijswegh Schans het latere Lambalgen is. Het kruispunt van grift met beek is in 1900 nog zichtbaar, maar omdat de grift dan vrijwel verdwenen is, vermoed ik dat niemand opviel dat hier twee waterlopen kruisten. Ooievaarshorst, Ruitenbeek en Lockhorst liggen er nog. Een kasteel Ravenswaij kan ik niet vinden, wel zie ik Ravenhorst en lees ik over Ravensbeek. Het samenlooppunt van grift en beek bij de Heiligerberg ligt er in 1900 nog net zo.

In 2020 is de wereld anders. Het kanaal is gegraven, en daarbij is een deel van de bedding van de Luntersebeek gebruikt.
Ik teken het kanaal in met blauw op de kaart van Nicolaes uit 1628-1651/. Nou moe, zo valt goed op hoe getordeerd de kaart van Nicolaes is. De Luntersebeek heb ik geel gemaakt en de Schoonebeekse grift paars.

Tussen Lambalgen en Bruineburg lopen de beek en het Valleikanaal samen op – in feite is de beek daar verdwenen maar hier en daar nog wel te volgen in perceelscheidingen of sloten ten oosten van het kanaal. Vanaf de Bruineburgsluis loopt de beek ten westen van het kanaal verder, maar heet tegenwoordig Heiligenbergerbeek. Bij de voormalige waterkruising tussen de Schoonebeekse grift en Luntersebeek ligt de Roode Brug, toen de Kruisbeek. Ooievaarshorst, Ruitenbeek en Lokhorst liggen er nog. Er verandert niets in 400 jaar. Behalve dan dat er een kanaal is gegraven en dat de Leusderbrug is uitgegroeid tot Leusden, dat had Nicolaes niet voorzien.
Dus toen ik langs de Luntersebeek fietste, was dat slechts langs de halve beek. Immers, ik dacht dat bij Lambalgen de beek in het Valleikanaal uitmondde. Maar het is andersom.


Vergeet niet om je in te schrijven voor de serie Het Merckendal die in januari 2023 begint – 25 delen over het uitgestrekte wandel- en fietsgebied op de Nederveluwe rond de Zijpenberg, Rozendaalseveld, Terlet, Schaarsbergen, Kempenerberg, Warnsborn, Lichtenbeek, Wolfheze en Heelsum. Over geologie en landschap, bodems en vegetatie, oude kaarten en stukken, wallen en wegen, grenspalen en RD-stenen, sprengen en watervallen. Met name over dingen die je niet in wandelgidsen leest. Met wandelroutes, speurtocht en nog veel meer. Voortaan kijk je anders om je heen. Meer over inschrijven.