En dan komen de berichten weer binnen dat boswachters mensen beboeten omdat ze paddenstoelen hebben geplukt…

Vroeger mocht dit toch wel? Net als hout sprokkelen en strikken zetten om een konijntje te vangen?

Nee dat mocht in 1548 al niet. Het gebruik van het bos was eigenlijk net zo strikt gereguleerd als nu, alleen hadden de mensen wel andere behoeften. Laten we eens kijken wat mensen vroeger zoal uit een bos zouden willen halen of in een bos zouden willen doen en of dat mocht.

Ik heb meerdere verordeningen over wat wel en niet mocht in bossen gevonden. De eerste uit 1546 gaat over de jacht, honden, en hout. De honden bespreek ik hier.
Deze van vandaag uit 1548 gaat over het bouwen van schaapskooien waar schapen 's nachts konden slapen en poepen, want het ging bij het potstalsysteem de boeren om de schapenpoep die ze met heidestrooisel vermengden en dan als mest gebruikten. 
Dus mocht je een deja vu moment hebben: ja inderdaad, een deel van dit stuk lijkt op dit stuk. En er komt nog meer aan, want ik heb ook nog een placaet uit 1576 over het vangen van hazen en patrijzen voor me liggen.
Keek ik in dat eerdere stuk naar honden en de jacht, nu kijk ik breder: wat mochten boeren wel en wat mocht niet in een bos? Ik kijk alleen naar domeinbos op de Veluwe in eigendom van de Graaf later Hertog van Gelre, en tijdens de Spaanse oorlog van de Spaanse Koning, beheerd door de Gelderse Rekenkamer. Andere landgoedbezitters houden ongeveer dezelfde regels aan, lees ik. Bossen die in bezit waren van markegenoten, of boeren uit een dorp, werden door hen zelf beheerd uiteraard en daar bepaalden ze dus ook samen wat mocht en wat niet. 

  • Hout hakken of zagen: nee, dat mocht niet: dat recht was voorbehouden aan de eigenaar van het bos. In de verordening uit 1546 lees ik:

dat zich niemand met zagen of bijlen op onze bossen mag bevinden“.

  • Paddenstoelen en bessen plukken: dat mocht wel;
  • Schapen laten grazen: dat mocht wel, maar niet in pas aangeplant bos, en ook niet in een heideveld dat niet lang ervoor was afgebrand en weer aan het uitgroeien was. Bovendien moest je een vergoeding betalen aan de bosmeester; die vergoeding was een hamel per jaar. In een verordening aan Wageningen (altijd ongehoorzaam) uit 1548 lees ik:

Zo bevelen wij namens de Keizer, dat gij in de Stad Wageningen laat aankondigen dat iedereen die op Keizers’ velden schaapschotten hebben, die direct afbreken of een verdrag sluiten met de Bosmeester“.

Op de kaart van Witteroos uit 1570 van de Moft, het grote bos tussen Wageningen, Ede en Renkum, zien we bij Wageningen een hele rij schaapsschotten aan de rand van het bos. Achter de wildgraaf, dus allemaal met een verdrag met de bosmeester. In het jachtseizoen mocht de schaapsherder geen hond meenemen tenzij hij een zwaar blok om de nek droeg.

  • Bijenkorven neerzetten: dat mocht maar ook dat was een koninklijk recht dus ook daarover moest je een jaarlijkse vergoeding aan de bosmeester betalen. Hierover gaat ons boek De Renkumse Heidevelden.
  • Maaien van heideplaggen: dat mocht als je een aantal meters (roeden) van de stammen van bomen bleef, en ook daarover moest je een jaarlijkse vergoeding aan de bosmeester betalen.
  • Eikels en beukennoten rapen: daarover heb ik niets gevonden, dat mocht denk ik wel. Eikels en beukenootjes werden gebruikt als varkensvoer.
  • Jagen op wild dat speciaal voor de jacht werd uitgezet (konijnen, patrijzen, reigers, zwijnen, herten, fazanten, reeen, hazen en nog zo wat): nee, dat mochten alleen de edelen met een jachtvergunning en alleen onder strikte voorwaarden. Jagen op groot wild mocht alleen de stadhouderlijke familie plus enkele andere families op Middachten en Rosendael. De overige Veluwse edelen hadden alleen jachtrecht op klein wild.
  • Jagen op schadelijk wild zoals wolven, vossen en roofvogels die de wildstand bedreigden: nee, dat mochten de boeren ook niet, dat was juist de taak van de wildforster en/of bosmeester. Volgens mij was er voor de boeren alleen vlees van mollen en ratten. Eekhoorns misschien?
  • Hout sprokkelen: ja dat mocht zolang het dood hout was. Je mocht niet met bijlen en zagen aan de slag, maar dood hout oprapen was prima.

Ik ben eigenlijk op zoek naar meer informatie over het vangen van wolven. En wel omdat we op meerdere wolfsgaten, wolfskuilen en wolfsdalen zijn gestuit in ons onderzoek naar het Merckendal: zijn die gebruikt om wolven te vangen? Om ze in te sluiten en dan af te maken? Ik zoek nog even door en kom van alles leuks tegen, maar nog weinig over de jacht op wolven.

Oja, mocht je van de groep zijn die vindt dat de troonrede veel te lastig Nederlands was, hier een zin uit een placaet van 1576 met het verbod om hazen en veldhoenderen te vangen. Zo’n plakaat was voor boeren bedoeld he:

Dat alle die goene die niet van Adel en sijn, oft als sullicke verschreven worden, die welcke totter voirsz: hasen-jagt offt velthoenderen vangen eenige geregtigheijt te hebben pretenderen, schuldigh und gehouden sullen sijn binnen een maent nae omganck des derden Sonnendaegs dat sullicke publicatie geschiet sije, alle schijn, bescheijt, Zegel-brijeven ende verschrijvongen als sij, oft ijemant van hun van sullicker geregtigheijt hebben, den voorsz: onsen Stadholder oft Cantzler und Raden onser Furstendoms Gelre und Graeffschaps Zutphen to Arnhem to verthoonen, bij sullicke pene, dat die voorsz: maent overstreken sijnde, men sij luijden niet meer hooren, maer woe mense jaegende vliegende oft vangende bevindet, tegen hun procederen sal, tot forderong und executie der penen hier boven verhaelt, daer nae een ijeder sig sal mogen weten to rigten und sijne schade to vermijden,

Maar in al die honderden bladzijden placaeten kom ik geen enkele keer de wolf tegen.

Een informatief boek over de geschiedenis van de jacht, cultuurgeschiedenis van jager, dier en landschap. Ik heb niks met de jacht, maar het is een fascinerend boek, en behandelt ook bijvoorbeeld de ecologische gevolgen van de jacht: het uitzetten van wild tegenover het afschieten van roofdieren dat het wild bedreigde, de gevolgen daarvan voor de landbouw (muizen, konijnen).

Ons boek ‘De Renkumse Heidevelden” gaat over het gebied tussen Ginckel en Renkum, een prachtig wandelgebied. Centraal in het boek staat een proces dat in de17de eeuw gevoerd is tussen gemeente Renkum en provincie Gelderland. Het proces ging erover van wie die heidevelden nou waren en heeft 14 jaar geduurd. Het is een hobbelig gebied vol kleine duinen: ideaal voor bijenkorven en daarvoor werd het toen dan ook intensief gebruikt. Behalve de letterlijke transcriptie bevat het boek uitgebreide toelichtingen, een beschrijving van het gebied, geomorfologie en een wandelroute. Echt iets voor de fijnproever.

Wat dit placaet uit 1548 met landschap lopen te maken heeft? Alles! Al die landgoederen met bossen, drinkpoelen, beukenlanen, open plekken: het werd allemaal aangelegd voor de jacht. En daar genieten we nu van. Als we er tenminste in mogen.

Premium abonnees kunnen verder lezen in het placaet uit 1548 over schaapschotten bij Wageningen.

Voordelen voor premium abonnees:

  • transcripties van teksten op kaarten;
  • pdf’s van onze in eigen beheer uitgegeven boeken;
  • pdf’s van onze gepubliceerde artikelen;
  • bij veel blogstukken transcripties van archiefstukken;
  • de serie Zandbanken in de Rijn (2022);
  • de serie het Merckendal (2023);

Alle afbeeldingen