Ten noorden van Ede in het Edese Bos ligt een doolhof. Toevallig vind ik de brief over het ontstaan hiervan, lees met me mee.
Podcast
Het bewuste doolhof heeft alleen een kleine verwijzing gekregen in het boek over Nederlandse doolhoven en labyrinten, waar de schrijvers zowaar drie fouten in een vermelding weten te maken: Onder de provincie Utrecht [1] staat
Ede, landgoed Kernhem [2], oud bospadenstelsel dat labyrint [3] werd genoemd.
Dit bospadenstelsel voldoet niet aan de criteria van de Stichting Doolhof en Labyrint en wordt daarom verder in dat boek niet besproken.
De eerste fout is duidelijk: Ede ligt niet in Utrecht.
De tweede fout, is dat het niet in landgoed Kernhem ligt, maar in het Edese Bos, een malebos van de buurt Ede-Veldhuizen. Dat vind ik opvallend, want hoeveel buurten van boeren maken samen een doolhof in hun malebos? Boeren die gezellig samen een doolhof aanleggen?
De derde fout in de verwijzing is dat het lokaal het labyrint zou worden genoemd. Dat is niet zo, het wordt het Doolhof genoemd. Een voorbeeld: in het buurtboek van de buurt Ede-Veldhuizen kom ik in het verslag van de buurtspraak van 20 september 1894 het doolhof een keer tegen – geen labyrint.

En dan stuit ik, op zoek naar iets heel anders, toevallig in het archief van Kernhem een akkoord uit 1733 vind tussen de malen van het Edese Bos en de Heer van Wassenaar, eigenaar van Kernhem. In het akkoord staat dat de Heer van Wassenaar een zekere laan bij huis Kernhem mag doortrekken het Edese Bos in, een heuvel op, bovenop die heuvel een eikenbosje mag planten, en voor en achter dit bosje mag hij een rondje maken, tot aan de Wekeromseweg.
En dat klopt dus precies met het doolhof: het is geen doolhof om te dolen, het is geen labyrint ter bezinning [wat het verschil is tussen doolhof en labyrint is een ander verhaal], het is een leuke padenstructuur bovenop een heuvel, leuk voor de dames en kinderen. Waarschijnlijk moet je het meer zien als een parkje in Franse stijl. Wie weet waren de paden wel omzoomd met buxushaagjes.

Het ligt er overigens in het bos verwaarloosd bij. De weg rechts van het doolhof is de oude Wekeromseweg.



Na die voorlezing merkt de voorzitter op, dat de verkoop van de 1e Stompenkamp veel werk heeft verschaft en dat de verkoop van de Stompenkamp waarover nu wordt beraadslaagd, waarschijnlijk ook weer veel werk zal geven. C. Staf (boschbaas van graaf Bentinck) deelt daarop als zijn meening mede dat ook na den verkoop deze 2e Stompenkamp wel voorloopig als heide zal blijven liggen, uitgezonderd alleen een streep langs den weg naar den Doolhof. Daarop wordt er gevraagd of als graaf Bentinck de eigenaar van den 2de Stompenkamp zal zijn, zoolang het heide is, het geoorloofd zal zijn daarvan plaggen te halen, waarop Staf, als boschbaas voornoemd, meent bevestigend te kunnen antwoorden.
In de bewuste laan ligt tegenwoordig de bloedsteen. Maar die hoort hier niet bij en is later neergelegd.

Ik heb dit doolhof bekeken op mijn wandeling van Lunteren naar Ede.
Premium inhoud
Premium abonnees krijgen de pdf met het akkoord
Het boek Doolhoven en Labyrinten dat ik in mijn kast heb staan op bol.com. Er zijn meerdere boeken over doolhoven en labyrinten, kijk je met me mee of en hoe dit doolhof in de andere boeken beter staat vermeld?


Leuk stukje over het niet-doolhof.
Bij Oosterbeek ligt ook zo’n figuur bij Bilderberg. De Breedelaan oppoetsen en dan (voorbij het hek) en dan bij 6e pad rechtsaf. Op AHN is deze ook te zien, maar deze is niet zo mooi als die in Kernhem.
Ja dat klopt, ook met een bergje in het midden! en een bruggetje in plaats van bloedsteen.
Je hebt een punt. Een doolhof heeft doodlopende paden. Hier sluit alles netjes op elkaar aan en loopt alles door. Een kunstig patroon van paden. Maar ingewikkeld en om in te (ver)dwalen. Kan me de naamgeving doolhof dus wel voorstellen.
Eens, dat lokale inwoners dit een Doolhof noemden, kan ik me ook voorstellen. Dat de Stichting Doolhof en Labyrint het niet vindt voldoen aan hun criteria, lijkt me ook logisch. In elk geval: het zou de moeite waard zijn om het padenpatroon beter zichtbaar te maken in het bos.
Rijke mensen weten van gekkigheid niet meer waar hun geld aan te besteden.