Raatakkers zijn prehistorische akkercomplexen uit de periode van rond 1000 voor tot 400 na Christus. Elke akker is zo’n 30 bij 30 meter groot en omgeven door een wal bestaande uit boomstronken, stenen en plaggen. Deze akkers liggen in grote complexen bij elkaar. Nu kun je ze nog steeds herkennen: sinds we satellietbeelden gebruiken die door de bomen heen op centimeters nauwkeurig de bodem aftasten, zijn er honderden raatakkercomplexen ontdekt die al die honderden jaren daarvoor dat mensen erdoorheen liepen nooit waren opgemerkt.

Sorry dat ik stoor. Rechts op deze site staat een doneerknop voor 3 euro. Hiermee kopen Geert en ik kopjes koffie onderweg. Hoeft niet, mag wel.

Raatakkers worden door sommigen Celtic Fields genoemd, maar ze zijn niet van de Kelten dus waarom een foute Engelse naam gebruiken als er zo’n mooi Nederlands woord voor is wat precies aangeeft wat het is.

Wat is een geschikte plek voor raatakkers?

De boeren van die tijd hadden geen zware landbouwmachines. Ze bewerkten lichte, zandige bodems in de buurt van water en in de buurt van hun dorp. Wie goed kijkt, krijgt er op den duur oog voor de typische raatakkerplekken: hoog op de zandige plekken van de stuwwallen, op de hellingen en laaggelegen vlaktes. Aan de andere kant: wie weet lagen ze ook wel in het rivierengebied, maar daar zijn ze nu echt definitief weg. De eerste AHN-uitsnede is uit Drenthe, in het bos ten noorden van Sleen.

Zijn ze zichtbaar?

Eerlijk gezegd zijn ze in het veld niet te zien. Tenzij er een bordje naast staat of als de hoogteverschillen tussen akker en walletje zijn vergroot en er een uitkijktoren naast is gezet. Dan herken je ze nog voornamelijk aan het verschil in begroeiing van het walletje (braam) en het akkertje (heide). Zoals aan de Panoramaweg in Bennekom. Een mooi hersteld veldje is bij Wekerom. Daar is ook een boerderij en een spieker nagebouwd.

Maar die ministukjes doen geen recht aan wat het waren, we krijgen een beeld van een klein akkertje op een open plek in het bos, maar de velden waren tientallen hectaren groot.

Op een bepaalde schaal van het AHN zie je ze het best. Als je verder inzoomt, verdwijnen ze weer in de details. Maar wat je vooral goed ziet op het AHN is dat ze alleen nog zichtbaar zijn waar ze 2000 jaar ongestoord hebben kunnen liggen onder zand, hei en bos. Hoewel je soms nog best verkleuringen ziet in een akker!

Wat ik ook een mooi verhaal vind: je kunt ze herkennen aan de grondsoort. Onder de walletjes ligt nog de bosgrond die er lag voordat ze gingen landbouwen, en onder de akkertjes is deze bodem gepodzoliseerd, oftewel uitgespoeld. En dat 1700 jaar geleden, ongelooflijk maar waar!

Op de Steenwijker Heuvelrug zie ik raatakkers bij Basse – maar dan moet je wel goed kijken hoor. Het opvallende is dat ze hier laag in het dal liggen.

Dit is mijn zelfgemaakte overzichtskaart van raatakkers op de Zuid-Veluwe:

Hoeveel raatakkers waren er?

We vragen ons af of er nu niet veel teveel raatakkers tevoorschijn komen op het AHN. Hoeveel mensen woonden er toen op de Veluwe en hoeveel raatakkers waren er nodig? G en ik beginnen een ingewikkelde berekening met meer giswerk en aannames dan verantwoord is. We houden ons hier dagen mee bezig en we bouwen steeds meer parameters in.

We focussen ons op de Moft, het grote bos op de stuwwal tussen Ede, Renkum en Wageningen. Wie zin heeft, kan met ons meefantaseren en rekenen:

  • We nemen het jaar -1000 als ankerpunt.
  • Stel dat er 350 mensen woonden rond de Moft in het jaar -1000. Zulke cijfers rekent Geert uit, ik kan weer andere dingen.
  • Stel dat ze 90% van het voedsel verbouwden en 10% uit de natuur haalden en dat de landbouwopbrengst een kwart was van nu. Dan hadden ze 0,128 hectare per persoon aan landbouwgrond nodig, oftewel 1,42 raatakker per persoon bij een oppervlak van 0,09 ha per raatakker.
  • Dan gebruikten ze in het jaar -1000 dus 498 raatakkers in de Moft, een getal met een absurde mate van schijn-nauwkeurigheid natuurlijk.

500 raatakkers in het jaar 1000 voor Christus. Als dat klopt, is minstens de helft nog wel zichtbaar op het AHN, wat onwaarschijnlijk is.

Maar goed, dan begint het fantaseren pas. Ik zie op het AHN de raatakkers in grote velden bij elkaar liggen. Het zou kunnen zijn dat een familie een soort van drieslagstelsel of tienslagstelsel hanteerde met periodes waarin ze door bijvoorbeeld schapen op de raatakkers te zetten de akkers bemestten. Of ze breidden het veld uit als raatakkers waren uitgeput. Als een derde van de raatakkers braak lag, moeten we dan op zoek naar 750 raatakkers in de Moft?

Ok, we hebben meer vragen dan antwoorden, maar ik ben minder verbaasd dan voorheen dat we zoveel raatakkers op het AHN zien.

Nog wat AHN-uitsnedes met raatakkervelden

Ongelooflijk dat deze akkertjes van 2000 jaar geleden nog zo goed zichtbaar zijn op het AHN.

Maar of je er nou wel of niets van ziet: het is de moeite waard om ze te behouden. Jammer daarom dat ze niet op de Culturele Waardenkaart van Ede staan. En jammer dat ik soms boswerkersporen op de paden door de onzichtbare raatakkers zie. Weg is weg immers.

Hier een webinar over raatakkers. Het geheel duurt 100 minuten, maar je moet echt even kijken vanaf minuut 47. Dat tussenfilmpje duurt minder dan 4 minuten en je weet niet wat je ziet.

Schitterende animatiefilm over raatakkers (niet van mij dus)

Alle afbeeldingen

  • raatakkers bij Ginckel
  • Hondsrug, raatakkers, pingokuilen
  • Raatakkers op de Edeseheide
  • Raatakkers in Midden-Nederland
  • Raatakkers in Renkum
  • raatakkers bij Wekerom
  • AHN Nieuw Reemst
  • Raatakkers in de Moft op het AHN
  • raatakkers bij Basse