Wat een schitterende kaart van het Land van Maas en Waal kom ik toevallig tegen in het Gelders Archief. Het is meteen een van de oudste kaarten op dit blog: 1544! Het is een klein kaartje van 22 * 39 cm groot, iets groter dan A4 dus.

Waarom ik hem zo mooi vind, moge duidelijk zijn: de focus op water. Op deze kaart staat geen enkele weg. Op nieuwere topografische kaarten moet ik vaak speuren naar de waterlopen en soms kan ik de loop alleen opmaken uit de tekentjes voor bruggen en duikers. De focus is volledig verlegd van water naar wegen.
Eerst oriënteren. Het noorden is boven. Wat we hier zien is het Land van Maas en Waal: bovenaan de Waal, onderaan de Maas. Links vermengen de twee stromen zich. Links aan het randje lees ik nog net, in de marge van het papier, Bommelse Werdt. Hmm, dat ligt echt wel iets verderop, want daar ligt nog het hele gebied van Heerwaarden en Sint Andries tussen. Maar het gaat om het idee. Rechtsboven in de hoek zie ik Nijmegen, en rechtsonder Grave. Ongeveer hetzelfde gebied op een actuele topokaart:

Voordat ik inga op mijn geliefde onderwerp water, eerst niet-water. Rond het ‘Maze en Waele’ ligt de bandijck langs de Waal en de Maas. Die wordt blijkbaar als weg gebruikt want ik zie een paard en wagen en diverse lopers met knapzak.

In de rivieren zie ik zeilboten en roeiboten. Ha, Nijmegen is nog niet zo groot hoor en ligt bovenop de dijk.

Water. Ik zie zes weteringen en die monden allemaal uit in de Maas; geen enkele in de Waal (had je je dat ooit gerealiseerd? Ik niet in elk geval). Waar ze onder de dijk door gaan, ligt een sluis. Van oost naar west zie ik eerst een wetering bij de sluis bij Keent. Keent ligt nu ten zuiden van de Maas in een grote (kunstmatig) afgesneden kronkelwaard. De wetering zou de Balgoijsche Wetering kunnen zijn die nu bij de jachthaven van Wijchen bij een gemaal in een oude meander van de Maas uitkomt.

Meer naar het westen zie ik de Tuijtsluse bij Appeltern: die ligt er nog als stoomgemaal de Tuut.

Dan de grote wetering. Deze splitst zich bij het Puislicks schutlaken. Een schutlaken is ook een sluis die pas open mocht als het benedenstroomse gebied ‘leeg was’. Daar splitst de wetering zich in twee takken. De grootste gaat langs Altfortz naar de Sochweijdesluse wat volgens mij nu de Blauwe Sluis is. De tweede tak, waar halverwege een wetering uit Leeuwen bijkomt, loopt bij Maasbommel naar de Greflijngse sluse. Dat is nu de Schans. Vroeger was dit een driedubbel sluizencomplex: elke polder had namelijk zijn eigen afwatering, dus ook zijn eigen sluis. Hier lagen drie weteringen en dus drie sluizen naast elkaar:

Van links naar rechts zie je op deze topokaart de Leeuwenschesluis, de Rijkschesluis en de Maasbommelschesluis. Die gouden tijden zijn voorbij. Alleen de Rijksche Sluis zit er nog (erachter zie je de ruïne van het gemaal).

De Leeuwenschesluis is nu een café, van de Maasbommelschesluis heb ik niets teruggevonden.
Dan de Alfensluijse. Op die plek ligt nu het Charles van Ufford gemaal waar de grote wetering op aangesloten is en die het hele Land van Maas en Waal droog en nat houdt. Mijn enige foto van dat gemaal is deze gevelsteen van ingenieur H.F. Fijnje in een gietijzeren rand; mooi ding maar niemand die ernaar kijkt. De tekst eronder is onleesbaar.

Tenslotte de Dromelsluse: daar is niet alleen de sluis weg, maar zelfs de hele Maas. Die wetering is de voormalige Wamelse wetering die liep langs de mooie oude woonkern Oude Maasdijk, een oude plek met een verleden vol molens, sluizen en boezemwateren waar nu alleen een paar kolken naar verwijzen. Het Dreumelse Meer op de oude kaart is nu natuurgebied De Meren. Op Google Earth vind ik de plek van de sluis terug: onzichtbaar uitgegumd dus.

En zoals jullie weten lees ik altijd graag het stuk waar een kaart bij hoort. Maar helaas, in het archief staat dat dit dossier sinds 1979 verdwenen is. Dat heeft iemand vast mee naar huis genomen! Maar wel is duidelijk waar het proces over ging. En nou niet lachen: volgens het archief was het een proces van de dijkgraaf en heemraden van de Bommelerwaard tegen Lubbert Torck, de Heer van Hemert, over een schouw onder Hemert. Dat ligt in de Bommelerwaard. Laat dat gebied nou net niet op het kaartje staan…
Of of of: dat eiland links met dat woord kostade erin, met een streep op de e, dus het is een afkorting. Ging het daarover? Was dat een questieusen middelwaard? Zolang het stuk weg is, mogen we fantaseren…..