Op oude topografische kaarten van Wageningen staat een doorgaande weg van de stad naar het noordoosten.

Waarom wilden er zoveel Wageningers naar het noordoosten? Daar liggen Reemst, Planken Wambuis en De Ginckel: nou niet bepaald wereldsteden. Misschien liep die weg naar de heide waar schapen werden geschut.
Bij de stad volgt de huidige Hollandse Weg het oude tracé over de Eng en door Wageningen Hoog en dan gaat het verder als Mospad langs De Leemkuil en de oude stortplaats. En dan? Een oude weg over de stuwwal volgt meestal een korte route met zo min mogelijk hoogteverschillen en volgt zo goed mogelijk droogdalen, tenzij die te nat of te mul zijn. Op de volgende reliëfkaart (AHN) heb ik de huidige weg en het logische tracé in blauw ingetekend. De huidige weg gaat niet door het diepste punt van de twee droogdalen. Op het AHN zie ik dat door het diepste punt van het droogdal wel oude sporen zichtbaar zijn.
In het midden van de route ligt een rare bult: de oude stortplaats (rood).

Hier ligt het hoogste punt van de weg, op de waterscheiding tussen de Gelderse Vallei en het Renkums Beekdal.

Vlak voor het eind van de verharding maakt de weg een flauwe bocht naar links en loopt dan samen met een van de lange doorgaande ‘sleuven’ in de plantage van de Oostereng.
Daar begint mijn zoektocht naar de resten van de oude doorgaande weg.

De oude weg is verdwenen toen de wetenschappers van de Landbouwschool hier een bosbouwoefenplantage begonnen. Dat deden ze op uiterst wetenschappelijke wijze: alles kaal, alles rechthoekig, diep spitten, bomen op nette rijen. Men had niets aan een oude weg die de plantage schuin doorsnijdt. Die weg had toentertijd geen belang meer, want niemand in Wageningen hoefde nog naar Reemst of ging nog schapen hoeden op de Ginckelse Hei. Weg met de weg.
Maar een weg laat zich niet uitgummen door simpel een meter diep spitten. Op het AHN is de hele weg te volgen via kleine hoogteverschillen, en ondanks de wens van de wetenschappers om de plantage in blokken in te delen, bestaat een deel ook nog echt in het veld. Waarschijnlijk te stevig aangestampt, niet doorheen te komen met de schop, niet geschikt om bomen op te planten, of toch een handige route: de theorie past zich aan bij de realiteit.
Het eerste deel wat wel te zien is op het AHN is in het veld onherkenbaar. Maar waar het verharde fietspad raakt aan een van de sleuven begint een weg naar het noordoosten, een van de mooiste wandelwegen van het landgoed.

Vanaf hier is de grensweg te volgen. Bovendien is het een van de mooiste wandelpaden in dit landgoed. Bij twijfel rechtdoor.

Deze weg loopt langs de gemeentegrens van Wageningen. Die grens is in het veld niet te zien: geen kuilen, geen grenspalen, geen scheidsbomen, geen gekruiste kuilen, geen radstaken. Niets, noppa, nada. Nou ja, hier en daar deze oude weg dus. Maar elders loopt de grens dwars door de wetenschappelijke bomenblokken, en menig boom zal zich afvragen in welke gemeente hij nou eigenlijk woont.
Een eind verder ligt het drielandenpunt waar Ede, Renkum en Wageningen samen komen. Geen monument, geen paaltje, geen kadastersteen. Ik stel me een bankje rond een drielandenboom voor, geweldig zou dat zijn toch? Of een driekantige grenspaal.

Op de foto van het drielandenpunt: het hout ligt in Wageningen, de boom in het midden staat op de grens tussen Wageningen en Ede.
Vanaf hier is de Hollandse Weg redelijk te volgen naar het Noordoosten tot aan het fietspad van de Bosbeekweg.

Op de foto zien we de aansluiting van de Hollandse Weg op het fietspad langs de Bosbeekweg, bij de hoek van de Dikkenberg. Eens een belangrijke weg, nu een smal wandelpad.
Daarna is het mij onduidelijk waar de weg oorspronkelijk heen ging: de beek over? langs de beek naar het noorden? Geen idee.
Ik ga in elk geval linksaf naar de koffie van de Panoramahoeve.
Op de terugweg loop ik anders en kom ik iets heel anders tegen: ijzerkuilen! IJzerkuilen in de Oostereng? Hierover een volgende keer.
september 2023: Ons nieuwe boek: Lopen in de Moft op oude kaarten vordert gestaag. De Moft is het grote bos tussen Ede, Bennekom, Wageningen en Renkum. Daarvan zijn in de loop der eeuwen veel kaarten gemaakt. Die kaarten bespreken we en dan gaan we erop wandelen. Ook gaan we wandelen aan de hand van archiefstukken met veldnamen zonder kaartje. Interesse? Schrijf je in zodat we weten hoeveel belangstelling er is: een beetje belangstelling inspireert enorm bij de laatste 5% perfectie (wat de helft van het werk is). Hoe je je inschrijft? Stuur een mail naar contact@landschaplopen.com. Inschrijven is helemaal vrijblijvend; ik wil alleen de belangstelling polsen. Tot nu toe hebben vier mensen positief gereageerd, fijn! Maar daar ga ik niet enthousiast een boek voor schrijven hoor - verder niemand?
Meer lezen?
- Geert Nijland schrijft op zijn site over de Laeckweg, de voorloper van de Hollandse Weg
Een mooie duidelijke beschrijving van de ontwikkeling van de Hollandseweg met fraaie foto’s.
Waarschijnlijk de oudste kaart waarop (de voorloper van) deze weg te vinden is, is de grote kaart van de Moft (1649-1656) van Nicolaas van Geelkercken, signatuur, 0012 Gelderse Rekenkamer 1408,
https://www.geldersarchief.nl/bronnen/foto-s-en-films?mizk_alle=geelkercken%20renkum.
Op deze kopie van de kaart van Witteroos uit 1570, gecontroleerd door Passavant in 1676 zijn veel tamelijk parallelle wegen aangegeven die van ZW naar NO lopen. Misschien moeten we deze parallellen beschouwen als twee- of meerbaanswegen. Ze hebben echter wel alle verschillende namen. Een duidelijk herkenningpunt op de hedendaagse topografische kaart is de kruising van de Hollandseweg met de Zoomweg. Precies op dat kruispunt heeft de Zoomweg een uitbochting naar het westen, en de Hollandseweg een uitbochting naar het noorden. Hetzelfde patroon zie je op de Geelkercken / Passavantkaart, waar de Lever Wiltgraaf en de Wegh naer Wageningen kruisen.
Van alle parallelle wegen op de Geelkercken / Passavant-kaart is de Plaggen wegh naer de Wageningse buert de meest waarschijnlijke voorloper van de Hollandseweg, zoals ik het nu zie. Deze weg deelt de stompe hoek in de Lever Wiltgraaf ongeveer in twee gelijke hoeken, precies zoals de Hollandseweg dat met de stompe hoek in de Zoomweg doet. Ook is het deze Plaggen wegh naer de Wageningse buert die de voorloper van de Hartenseweg op de meest juiste plaats snijdt om ‘kandidaat Hollandseweg’ te kunnen zijn. Ik geef graag toe dat we bij deze oude kaarten voorzichtig moeten zijn met afstanden, hoeken en verhoudingen. Maar toch laat ik deze kwantitatieve gegevens bij interpretaties vaak ook meespelen.
Wat opvalt bij de kaart van Geelkercken / Passavant is dat al deze parallelle wegen, op één na (de Laeck wegh), uitkomen ten noorden van Quadenoord. Op die plaats (eigenlijk iets noordelijker) lag omstreeks 1650 een soort zevensprong zie de kaart van I. van Geelkercken, signatuur 0012-1669: https://www.geldersarchief.nl/bronnen/foto-s-en-films?mivast=37&miadt=37&mizig=284&miview=gal&mizk_alle=Ginckelschen%20kolck.
(de windroos op deze kaart is echter fout!).
Eén van de wegen van de zevensprong kwam van Wageningen en is vermoedelijk dezelfde weg als de Plaggen wegh naer de Wageningse buert (de voorloper van de Hollandseweg). Vanaf die zevensprong liepen er wegen naar o.a. Reemst, Ginkel, Quadenoord, Bennekom, Doorwerth en Wageningen.
De juist genoemde Laeck wegh, loopt op de Passavant-kaart naar Ginkel, via het wegenknooppunt aen de 7 weegh, over de Ginkelse heide. Deze Laeck wegh lag ongeveer 750 m ten noordwesten van de Plaggen wegh naer de Wageningse buert. Verder naar het NO heet de Laeck wegh Wageningsen Wegh en na het knooppunt Wegh naer Ginckel. Er is in het bos niet veel meer van terug te vinden. Behalve op de zuidoosthoek van de Bennekomse heide, daar ligt volgens mij nog een vrij gaaf restant van deze Laeck wegh. Je kunt dit restant vanaf de huidige Heelsumse / Keijenbergseweg met enige moeite in noordoostelijke richting volgen, eerst een stuk bosweg, dan de genoemde heideweg en vervolgens weer door het bos (totaal ongeveer 1 km). Deze hypothese verdient echter nader onafhankelijk onderzoek.
Edelman-Vlam noemt in het Gedenkboek van Van Hoffen (ca, 1950) de Laeck wegh de voorloper van de Hollandseweg. Dat geldt echter uitsluitend voor het zuidwestelijke gedeelte over de Wageningse Eng, maar niet voor het noordoostelijke gedeelte.
Geert Nijland